zondag 20 februari 2011

prentje en het Kinderboekenmuseum

Als je op ons station in de trein stapt en je tot het eindpunt blijft zitten, rol je zo het Kinderboekenmuseum in Den Haag binnen. Het museum opende vorig jaar december opnieuw haar deuren na een flinke verbouwing. We waren benieuwd.

Het museum staat voor het grootste gedeelte in het teken van de interactieve tentoonstelling Papiria. Deze bevindt zich nog in de testfase, stond er te lezen op de website, dus het was mogelijk dat bepaalde onderdelen nog niet optimaal werkten. Dat klopte. Maar mijn grootste bezwaar is dat het allemaal veel te ingewikkeld is gemaakt. Toegeven, de tentoonstelling is vanaf zeven jaar, maar ook diverse ouders zag ik hulpeloos kijken met de 'Slurper' in de hand. 'De Slurper?', hoor ik u nu denken. De Slurper is een apparaat dat je voor een scanner moet houden om diverse onderdelen te activeren. En dan volgt er een ingewikkeld verhaal over de Inktvraat die verslagen moet worden. Zoon gebruikte de Slurper vooral als kroon, of als wapen om zijn vader te verslaan. En dat juich ik toe, want het mooie van kinderboeken is dat ze de fantasie stimuleren.

Natuurlijk is het leuk als een museum iets toe kan voegen, door bijvoorbeeld bepaalde onderdelen van een verhaal levensgroot uit te beelden. Een goed voorbeeld hiervan was de tentoonstelling Pluk van de Petteflet vorig jaar in Madurodam. Kinderen konden zich lekker uitleven in de nagebouwde huiskamer van de Stampertjes, met een vloer vol matrassen. Of zogenaamd heen en weer varen met de Heen- en weerwolf.
Of neem de Gouden Boekjes Beestenboeltentoonstelling in Baarn (nog tot en met eind februari). De slaapkamer van Feda uit 'Als Feda slaapt' is tot in detail nagemaakt, tot de knuffels aan toe.
Dat geeft net dat beetje extra in plaats van ingewikkelde toestanden als Inkvraten en Slurpers.

Kinderboeken hebben dat helemaal niet nodig.

1 opmerking: